De tarieven die Schiphol aan luchtvaartmaatschappijen rekent om gebruik te maken van de luchthaven (zogenaamde havengelden), stijgen in drie jaar in totaal met 37%. Daardoor betalen luchtvaartmaatschappijen Schiphol in 2027 vergeleken met 2024 gemiddeld ongeveer 15 euro meer voor een lokaal vertrekkende passagier. De stijging is het gevolg van uitzonderlijk hoge inflatie en sterk gestegen rente in de afgelopen drie jaar. Zoals volgt uit de Wet Luchtvaart, bevatten ze daarnaast een compensatie voor de gemiste opbrengsten uit de covidperiode. De tarieven stijgen in 2025 met 41%, in 2026 met 5% en dalen in 2027 met 7,5%*
Om de stijging van de tarieven voor luchtvaartmaatschappijen te dempen, levert Schiphol zelf een vrijwillige bijdrage van 100 miljoen euro. Hiermee wil de luchthaven de tarieven zo laag als mogelijk houden, zonder tekort te doen aan wat noodzakelijk is voor de luchthavenoperatie.
Schiphol maakt hiermee de noodzakelijke investeringen in goede infrastructuur, betere dienstverlening aan passagiers en luchtvaartmaatschappijen en verbeterde arbeidsomstandigheden mogelijk. Schiphol wil de komende 5 jaar 6 miljard euro in de luchthaven investeren, dit zal gebruikt worden voor onderhoud en kwaliteitsverbeteringen voor passagiers en luchtvaartmaatschappijen.
Met de ambitie om geluidsoverlast te verminderen, gebruikt Schiphol de tarieven om luchtvaartmaatschappijen te stimuleren hun stilste vliegtuigen in te zetten. De tarieven voor stillere vliegtuigen worden voordeliger, terwijl luchtvaartmaatschappijen voor oudere, lawaaiigere toestellen meer gaan betalen. Ook worden nachtvluchten extra belast. Er is een categorie vliegtuigen die zoveel lawaai maken dat ze vanaf 2025 geweerd worden. Balans met omgeving
De havengelden van Schiphol bestaan uit vaste tarieven per reiziger en een tarief dat gekoppeld is aan het type vliegtuig. Voor dat laatste geldt: nieuwere stillere toestellen betalen minder, oudere lawaaiige toestellen betalen meer. Schiphol heeft zo’n onderscheid al langer in haar tarieven, maar scherpt deze voor de komende drie jaar sterk aan zodat deze meer in lijn is met de impact van het toestel op de omgeving. Daarnaast wordt het verschil in kosten tussen overdag of ’s nachts vliegen groter: nachtvluchten worden ongeveer 3 tot 6 keer duurder dan een vlucht overdag, afhankelijk van het toestel. Met deze nieuwe tarieven kan Schiphol sterker sturen op de inzet van een stillere en schonere vloot. De tarieven per categorie vliegtuigen zijn in 2027 als volgt verdeeld:
Over de tarieven
Het vaststellen van de tarieven op Schiphol gebeurt één keer per drie jaar en is vastgelegd in wet- en regelgeving, de Autoriteit Consument en Markt (ACM) ziet daarop toe. De huidige tarieven van Schiphol zijn vastgesteld in 2021 en bevatten geen correcties voor de uitzonderlijk hoge inflatie, sterk gestegen rente en fors toegenomen operationele kosten in de afgelopen drie jaar. Daarom zijn de tarieven van 2022 tot en met 2024 ruim 550 miljoen euro te laag om de kosten te dekken die Schiphol maakt voor de dienstverlening aan de luchtvaartmaatschappijen.
Schiphol mag geen winst maken op de havengelden en besteedt de havengelden van luchtvaartmaatschappijen aan het draaiende houden van Schiphol en het verbeteren van de kwaliteit van de luchthaven. Bijvoorbeeld aan baanonderhoud, beveiliging, onderhoud aan de terminal en schoonmaak. Om tegemoet te komen aan de wens van luchtvaartmaatschappijen om met name de sterke stijging in de eerste twee tariefjaren te dempen heeft Schiphol onder meer een eigen bijdrage opgenomen in de tarieven van 100 miljoen euro.
*de definitieve tarieven voor 2026 en 2027 worden komende 2 jaar formeel vastgesteld. Deze kunnen nog beïnvloed worden door toekomstige verrekeningen en toekomstige externe factoren.
Bron: Schiphol